Falen is balen… Of toch niet?

Ik heb er echt een hekel aan, iets doen waarvan ik weet dat ik het kan en dan toch falen. Of iets niet proberen, omdat ik eigenlijk al bang ben dat ik het niet kan. Falen geeft een onbehaaglijk gevoel, het gevoel dat je niet genoeg bent en niet competent. Aan de andere kant weet mijn hoofd dat je veel leert van al dat falen, maar hoe zit dat eigenlijk? En waarom zijn we dan zo bang om te falen?

Terug bij het begin

Vroeger, in de tijd van de jagers en verzamelaars was falen om te leren nog niet zo eenvoudig. Als je mee op jacht ging om te jagen en je faalde was de kans dat je daar levend uit zou komen niet groot. Je moest overleven en alleen de beste zouden daarin slagen. In ons oerbrein zit deze overlevingsmodus nog steeds.

Tegenwoordig willen we graag leren van ons eigen falen. Je ziet de quotes online en ook in de klas vertellen we onze kinderen dat het niet erg is om fouten te maken. Het voelt niet fijn en blijft ongemakkelijk, maar juist van de fouten die we maken leren we ons aanpassen.

Being comfortable with the uncomfortable

Als we openbaar willen falen om daarvan te leren zullen we onszelf kwetsbaar op moeten stellen. Pas dan kunnen we eerlijk naar onszelf kijken en inzien welke veranderingen we aan moeten brengen, want het leren gaat om verandering en niet om wat fout is.

We moeten het anders vastpakken.

Een stagiaire vertelde mij dat ze zenuwachtig was als ze les moest geven. Ze werd ongemakkelijk door mijn aanwezigheid tijdens de lessen. Ze was bang voor mijn oordeel en dit had effect op haar gedrag. Het gevoel om beoordeeld te worden weerhield haar ervan om te vertrouwen op haar eigen kunnen. Ze had namelijk al ervaring met het lesgeven en op de momenten dat ik er niet was kon ze hier ook op bouwen.

Het “falen” kwam dus door het gevoel dat onbewust effect had op haar handelen, het gedrag. In een gesprek kwamen we ook tot de conclusie dat het falen zo ongemakkelijk voelde. Het was oncomfortabel dat iemand kon zien dat zij aan het falen was. Dat ze fouten maakten en dat het haar niet lukte om alles perfect te doen. Ik vroeg haar wat er zou gebeuren als ze zichzelf toe zou staan om fouten te maken. “Tja dan is dat nog steeds vervelend, want jij kijkt mee. En als jij niet kijkt kan ik het wel.” Ik gaf aan dat ik het niet vervelend vond als ze fouten zou maken, want dit is juist het moment om fouten te maken, dit was voor haar de plek om te leren.

Vanaf dat moment gaf ze zichzelf de toestemming om fouten te maken en kwam het zelfvertrouwen terug. Het gewenste gedrag kwam daarmee ook terug en de fouten werden minder. Dus door jezelf toestemming te geven iets te doen wat oncomfortabel is word je comfortabel en zul je groeien.

Aanmodderen en gepruts binnen de marge.

Een quote die mij bij is gebleven, want hier zit voor mij het anders vasthouden van falen in.

Stel je zit lekker in je box, je weet wel die grote box waar je niet outside hoeft te denken, maar degene die jezelf hebt gecreëerd. Binnen die kaders moet je kunnen ontdekken, onderzoeken en leren. Het aanmodderen en gepruts dat binnen de marge valt. Het gaat om jezelf de ruimte gunnen en geven om te leren van je eigen fouten. Op het moment dat jij jezelf toe gaat staan om die fouten te maken met als doel daarvan te leren dan kun je groeien in het comfortabel worden met het oncomfortabele.  

Als coach oefen ik nog steeds regelmatig. Het coachen heeft vele valkuilen en om daar alert op te blijven moet je oefenen. Dat oefenen gebeurt in peer to peer sessies met andere coaches. We komen samen en coachen elkaar, op echte onderwerpen waardoor je een win-winsituatie krijgt. Voor mij zijn die peer to peer sessies de marge waarbinnen ik mag aanmodderen en prutsen. Ik test verschillende tools, kijk hoe bepaalde vragen vallen en leer mezelf steeds weer op een andere manier kennen. Daarnaast leer ik nieuwe manieren van vragen stellen door het kijken naar anderen. Die sessies zijn niet altijd comfortabel, zo zei mijn laatste coach dat er toch wel zenuwen zaten en ik ervaar hetzelfde. Die ervaring delen, mijn kwetsbaarheid durven tonen en uitspreken geeft mij het zelfvertrouwen en lef om te falen.

Tot slot…

Het falen gaat vaak over wat andere denken over de fouten die we maken. Mijn vraag aan jou is daarom: Gaat het om de mening van de ander of over het behalen van jouw doelen?

Want vaak komt het onbehaaglijke falen wanneer we denken aan de blik of mening van een ander, als we die ander weghalen is het falen dan nog steeds zo vervelend of zien we dan veel meer een mogelijkheid tot leren?